De Vlaamse land- en tuinbouwers blijken dan toch voldoende seizoenarbeiders te vinden. Door de uitbraak van de coronacrisis sloten heel wat landen hun grenzen waardoor de vrees groot was dat de sector niet genoeg werkkrachten zou vinden om te helpen bij het zaaien, planten en oogsten.

“Maar in tegenstelling tot de verwachtingen zijn er toch heel wat buitenlandse arbeidskrachten naar ons land afgezakt voor seizoenarbeid in de landbouw”, zegt Vanessa Saenen, woordvoerder van Boerenbond.

Op jaarbasis heeft de land- en tuinbouwsector 60.000 seizoenarbeiders nodig. In mei gaat het om 20.000 tot 25.000 personen. “Volgens de jongste berichten staat de nodige tewerkstelling in de landbouwbedrijven redelijk op punt. De boeren zijn blij dat toch heel wat buitenlanders opgedaagd zijn, want die kennen het werk en kunnen snel ingeschakeld worden. De situatie moet goed opgevolgd worden want in juni zijn er nog meer krachten nodig”, aldus Saenen die benadrukt dat alle bedrijven de nodige strikte veiligheidsmaatregelen nemen om de verspreiding van het virus tegen te gaan.

Zowel op federaal als Vlaams niveau werden de afgelopen maanden ondersteunende maatregelen genomen. Met landen als Roemenië, Polen en Bulgarije werden contacten gelegd om de komst van seizoenarbeiders te faciliteren. De periode van de plukkaart dat buitenlandse seizoenarbeiders in ons land aan de slag kunnen werd verdubbeld tot 130 dagen. Zowel tijdelijk werklozen, bestaansminimumtrekkers, studenten en dergelijke kregen bepaalde voordelen als ze in de landbouw werken. VDAB lanceerde ook de website helpdeoogst.be om vraag en aanbod op mekaar af te stemmen.

Boerenbond hoopt wel dat de overheid de maatregelen, die normaliter eind mei aflopen, minstens tot in augustus verlengt.