De kapel van de Spikboom is een betreedbare kapel aan de Vliegveldlaan in Brustem. De kapel is genoemd naar de meidoorn die ooit tegen de zijgevel van de er tegenover gelegen hoeve groeide.

Er is al sprake in 1467 van een kapel op deze plaats. Maar het huidige gebouw is vermoedelijk van 1750. Ze werd in 2004 geklasseerd en in 2015 kreeg het gebouwtje een grondige en broodnodige restauratie.

Het was in 1467 dat de kapel voor het eerst vermeld staat en is dus bijgevolg een stuk ouder. Ze wordt namelijk vermeld tijdens de Slag van Brustem. Dat het gebouw in vakwerk bewaard bleef mag een wonder zijn. Er zijn nog maar weinig gebouwen, laat staan kapelletjes, die in dit materiaal opgetrokken werden en bewaard bleven. Het is een zeldzaam geworden getuige van een oeroude bouwtraditie, waarvan de bewaarde voorbeelden sneller uit het straatbeeld verdwijnen dan we denken, zeker de religieuze architectuur. Als wegkapel is het gebouwtje zeer representatief voor de pittoreske en op feodale traditie geënte landelijke gebruiken.

Het driehoekje met de kapel is ook goed zichtbaar op de 18de-eeuwse Ferrariskaart.

Boergondiërs waren geen vrienden van de Limburgers
De Slag bij Brustem werd enkele jaren nog feestelijk gevierd. Deze slag was het gevolg van de Eerste Luikse oorlog van Filips de Goede van Boergondië tegen de opstandelingen tegen prins-bisschop van Luik, door Philips aangesteld. Die eindigde in de vernederende Vrede van Sint-Truiden. Toen Filips overleed volgde Karel de Stoute hem op en dat was het sein voor de Luikenaars om opnieuw heibel te maken tegen hun baas. Hij trok met een beroepsleger van 25.000 man op naar Luik. De Luikenaars en de Lonenaren verzamelden 12.000 man. In Brustem werd in 1467 de laatste veldslag tussen een volksmilitie en een beroepsleger uitgevochten, en dat volksleger werd letterlijk in de pan gehakt. De 4.000 doden waren grotendeels de gewone mensen uit Luik en Loon. De kapel lag op een niet zo onbelangrijke plaats: langs de oude verbinding van Sint-Truien naar Luik via Groot-Gelmen (herinner u de afspanning De Zaan).

De meidoorn
De kapel ligt op een traditioneel driehoekig terrein op een kruispunt van wegen aan de rand van het dorp. Haar naam “spikboom” kreeg ze van een meidoorn in de buurt. De meidoorn had ook de kracht om de velden vruchtbaar te maken. Een takje ervan werd op paasmaandag naar de akkers gebracht en de klus was geklaard. De meidoorn heeft geen dikke stam, maar omdat hij langzaam groeit is het hout enorm sterk en wordt gebruikt om stelen, handvaten en wandelstokken te maken.

Vandaag de dag is de meidoorn niet meer zo veel in het landschap te zien, zeker niet in Haspengouw. Net als de peer en de mispel is ze zeer vatbaar voor bacterievuur. Daarom zijn veel meidoornbomen en -hagen verdwenen en mogen ze hier niet meer aangeplant worden ter bescherming van de peren- en boomteelt. Ook al omdat andere landen de afwezigheid van bacterievuur als een hoofdvoorwaarde stellen om poeren in te voeren.

     Restauratie
Zo’n vijf jaar geleden was de kapel van de spikboom in een lamentabele toestand. Er waren wel instandhoudingswerken uitgevoerd in het verleden, maar die konden het verval niet tegenhouden.

Bij de restauratie van 2015, in opdracht van het stadsbestuur van Sint-Truiden en het Agentschap Onroerend Erfgoed werd het metselwerk bewaard en het houten vakwerk gesaneerd en hersteld. Er werd nieuwe stroleem aangebracht en gekalkt, het interieur werd gepoetst en de kapel kreeg een nieuwe deur. Een derde van de kapel kon bewaard worden en de restauratiewerken kostten 25.000 euro waarvan 5.000 euro door de stad betaald werden.