In 1615 werd de vakwerkhoeve Fabry, ook bekend als het ‘Het Gerechtshof’, gebouwd langs de Kogelstraat in Zepperen. In 1974 werd de hoeve bedreigd met afbraak wegens een bouwverkaveling.

Maar ze zou omwille van de historische waarde worden heropgebouwd, eerst dacht men aan Bokrijk, maar finaal werd het Olen. Tijdens de werken in de Geelseweg in het voorjaar van 2018 heeft men ervan geprofiteerd om de zaak volledig op te frissen.  Jong en minder-jong voelt er zich nu thuis. De unieke sfeer dwingt er veel bewondering af, want in het gedurfde maar verrassend, stijlvolle interieur wist de ontwerper het oude met nieuwe elementen te combineren.

La cave-prison
Over deze prachtige vakwerkhoeve schreef Meester Frans Creten op het einde van de 19de eeuw in zijn beste Frans nog “On voit encore la cave-prison”. In de volksmond heette het dat er in de kelder van dit ‘gerechtshof’ nog ijzeren ringen hingen, waaraan de gevangenen werden geketend. De Fabrywinning, zo genoemd naar de laatste eigenaars, moest jammer genoeg plaats maken voor bouwkavels. In 1974 werd ze keurig genummerd en gedemonteerd, maar door een eerdere verkoopovereenkomst kwam ze uiteindelijk niet in Bokrijk maar in de Antwerpse Kempen terecht. Daar werd het Zepperse gerechtshof een prachtig bistrot, “Het Gerecht”. De diensten van het Openluchtmuseum Bokrijk hadden hun interesse voor de leeg staande Fabrywinning pas hard gemaakt toen de demontage al begonnen was. De rechter gaf Bokrijk dus ongelijk, vandaar de keurige heropbouw in Olen.
De ringen in de kelder hebben we echter niet teruggevonden in 1973, maar het gedrukte tongewelf in de steen van de streek was nog bewaard. Een half-bovengrondse kelder in dit natte gebied van Vochtig-Haspengouw, met daar bovenop de hoger gelegen ‘opkamer’ of “kolderkamer”, dat was de regel in die tijd.

Meer dan 400 jaar oud
De Fabryhoeve had een degelijk eikenhouten vakwerk met een verdieping. Zo zeldzaam in de vroegere eeuwen, dat zulke woonhuizen ook ‘hooghuizen’ werden genoemd. Soms hadden ze een overstekende verdieping, die zou dateren uit 1515. Boven het straatpoortje van de Fabrywinning stak een houten bovendorpel met inscriptie AN 1615 NO. Alleszins had het houtskelet details die op een degelijk vakmanschap wijzen: toen de latere siercementbepleistering werd weggehaald, kwamen twee andrieskruisen tevoorschijn in de gevel, de koppen van de ankerbalken van de verdieping waren versierd met een rondlijstje en de bovenlichten van de kruisvensters waren gotisch afgeschuind.

Waarom sprak men in Zepperen van ‘gerechtshof’? Er waren wel meer van dergelijke plekken in het dorp. Ook het hoevetje bovenop aan de bocht van de Stippelstraat kreeg de naam het ‘Tribenoal’. Het kan zijn dat de schout (de politiecommissaris in het Ancien Régime) in de beste kamer van zijn huis of in een herberg een ‘gerichtskamer’ huisvestte en dan was de stevige kelder een geschikte tijdelijke gevangenis. Grotere hoeves in eigendom van grootgrondbezitters buiten het dorp hielden in die hoeves of ‘laathoven’ ook de eenvoudige rechtspraak over pachtgeschillen.

Zepperen was plek voor vrijbuiters
Had Zepperen dan een eigen aparte rechtspraak binnen een groter geheel als het graafschap Loon en het Prinsbidsdom Luik? Inderdaad, want Zepperen behoorde nooit toe tot een van beide entiteiten. Zepperen was een van de elf schepenbanken van Sint-Servaas in Maastricht. Het kapittel van Sint-Servaas oefende in al deze heerlijkheden de heerlijke rechten uit namens de keizer van het Heilig Roomse Rijk (Duitsland). Aangezien het kapittel ook de juridische macht uitoefende in de elf dorpen, werden ze om die reden ook aangeduid als schepenbanken. Een schepenbank was vroeger de voorloper van de huidige schepencolleges. De taken van de schepenbank gingen echter verder dan de huidige taken van burgemeester en schepenen. Op de eerste plaats hadden zij een rechterlijke taak wat personen en goederen aanging die binnen hun dorp vielen. De schout en de schepenen werden aangeduid door het Kapittel van Maastricht. Het feit dat er een rechtbank was in Zepperen laat vermoeden dat er ook een plek was om die rechtspraak te doen, gevangenen vast te zetten en een plek om doodstraffen uit te voeren. In Zepperen spreekt men nog steeds van de Galgendries op de Honsberg. Verkeerswegen op hoogtes en op gemeentegrenzen waren de plaats bij uitstek voor terechtstellingen. Het afschrikkend effect op ongewenste vreemdelingen was er het grootst. In het dorpsreglement uit 1706 staan enkele maatregelen tegen arme of misdadige vreemdelingen. Meester Frans Creten situeert deze executieplek in de hoek tussen de veldweg vanaf Sint-Genovevakapel en de oude weg Brustem-Wellen. Een zekere Jannes Paps zou de laatste gehangene zijn geweest. Hij had naar verluidt hout of mutsaarden gestolen op het goed van de schout. Goed om weten is dat Suske De Poep en het Voorvelleke hun brandaanslag op de Gebrande Winning in Sint-Truiden iu Zepperen beraamden, redelijk ver van de Sint-Truidense Grote Markt, op een plek waar graaf, abt of bisschop ze niet konden raken

De kerk was niet het centrum
De Fabryhoeve lag aan het eigenlijke ‘Dorpsplein met poel, de huidige Kogelstraat met Oude Straat (huidige IJzerenkruisstraat naar de gelijknamige afspanning). Dit was het eigenlijke dorpscentrum lag dus enkele honderden meters ten oosten van het kerkplein. Eigenaars van de hoeve met huisbrouwerijtje waren sinds de jaren 1850 de notabelenfamilie Simons, Knapen, de professor Van Oirbeek en fruithandelaar Henri Fabry.

 

 

 

Wie culinair wil gaan genieten in het oude gerechtshof van Zepperen, moet waarvoor wel naar de Antwerpse Kempen.
LOCATIE: Geelseweg 42, 2250 OLEN
CONTACT: 014/22.35.28
OPENINGSUREN: Van dinsdag tot en met vrijdag open van 11u30 tot 14u30.
van 17u00 tot 21u00
Zaterdag open van 17u tot 22u.

MET DANK AAN DE REMACLUSKRING ZEPPEREN