Op de grens tussen Zoutleeuw en Runkelen (Sint-Truiden) ligt de Osseweg, de “Via Bovinia” zo genoemd naar een ossenstal of -kooi die zich hier in de 14de eeuw bevond. Daar ligt de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van de Osseweg, dominant op een heuvel.
Het versterkte kasteel op de Castelberg wordt in de misseleeuwen bewoond door een rijke hardvochtige heer. Armen en bedelaars worden steeds brutaal de toegang geweigerd. Op de avond van Driekoningen laat de wachter toch drie pelgrims toe maat de woedende kasteelheer roept “dat hij nog liever zijn kasteel in het moeras ziet verdwijnen dan dat ze bij hem aan tafel zitten”. En dat gebeurt: het kasteel verzinkt in het moeras.
Eerste mirakel
In de 16de eeuw is een boer aan het ploegen op zijn veld, en hij vindt een O.L.V.-beeldje. Het was het beeldje van de kapel van Castelberg. De bewoners brachten het naar de kerk van Zoutleeuw, maar de dag nadien stond het beeldje weer op zijn vindplaats. Toen men een processie hield om het beeldje te halen, wilden de paarden de kar met het kleinood niet meer trekken. In die processie liepen en ouderpaar en hun doofstomme zoontje. Plots riep die: “Vader ga gauw onze ossen halen, die zullen Onze-Lieve-Vrouw wel trekken”. Het eerste mirakel! Het beeldje werd opgehangen aan een eik en werd het centrum van een snelgroeiende verering en in 1536 werd de kapel gebouwd die steeds groter werd in1610 en 1632 met de bouw van een kluis. Rond die kapel ontwikkelde zich een wijk, ‘den Osseweg’. In het boek “Galerij der Roomsche Beelden” van Justus Gerardus Swaving uit 1841 lezen we nog over een soldaat, Philippus de Selva, die er sneuvelde en dankzij het beeld van de Osseweg “weer uit de dode werd opgewekt”. Zonder datum evenwel.
Gesloten en verkocht
Tot in 1691 werd de kapel bediend door de Begaarden en daarna door de Dalscholieren uit de Champagnestreek (Val des Ecoliers) die de kapel herstelden en er een woning tegenaan bouwden, naar verluidt met de blauwe steen van de kapen van Castelberg. Maar de Keizer-Koster, Jozef II liet in 1784 de kapel en het klooster sluiten en de Franse republikeinen verkochten het goed aan ene A.-L.-B. Coenen. De kapel werd gesloten tot ongeveer 1824. Ze was achtereenvolgens het bezit van Sophie Wunsch en Sophie-Marie van Aken en sinds 1890 van de kerkfabriek van Zoutleeuw waarvan de onderpastoor de kapel bediende.
Rijk interieur
Het interieur van deze kapel verrast de bezoeker. Het doksaal os versierd met een zeer fraaie apostelbank uit 1613, vermoedelijk afkomstig uit de Klerkenkapel. Bedevaarders offerden hier vroeger een kilo zout om het bedwateren van kinderen tegen te gaan, e, ook nu nog trekt deze kapel, die dagelijks open is, nog heel wat bezoekers. Daar is uiteraard ook de jaarlijkse Rozenkransprocessie voor een stuk verantwoordelijk voor met een uitbeelding van de Zeven Smarten van Onze-Lieve-Vrouw en de mysteries van de Rozenkrant op zondag 8 september of de zondag erna. Bij het begin van de processie loopt steeds een boer met een oude ploeg, verwijzend naar de legende van de vondst van het beeld.
Prachtig kleinood
Oorspronkelijk bestond de kapel enkel uit een koor; voor 1610 kwam het schip erbij. Het kapelletje wordt bekroond door een klokkentorentje. De westgevel is laatgotisch; de zijmuren werden heropgebouwd in de 18de eeuw. Aan de zuidzijde bevindt zich een uitbreiding in neogotische stijl. In 1903 was de toevloed van bedevaarders zo groot, dat men de kluis geïncorporeerd heeft in de kapel
In de zoldering met stucwerk is het jaartal ‘1751’ verwerkt. De glasramen dateren uit ca. 1950. Het meubilair omvat een doksaal (1613) met vier beschilderde houten panelen, een barok altaar (1765) en barokke biechtstoelen (18de eeuw), een communiebank (18de eeuw) en een 18de-eeuws schilderij in de beuk.
Een open huis
De kapel van de Ossenweg is dagelijks toegankelijk en meer dan de moeite waard om even te verpozen. Een erg leuk toertje met de fiets? Veemarkt – Speelhof – Nieuw-Sint-Truiden – Metsteren – Terbeek- Binderveld – Runkelen – Osseweg – Het Vinne – Zoutleeuw – Wilderen – Sint-Truiden – Veemarkt, op het fietsroutenetwerk is dat 189-190-545-191-48-23-51-33-187-188-135-189, 23 km lang, langs en door prachtige natuur. Vergeet niet na knooppunt 191 even rechtdoor te rijden naar de kapel van de Ossenweg en daar links af te slaan naar Het Vinne. Als de cafés ooit terug opengaan, is dat de plaats voor taart, pannenkoek of een deugddoende trappist.
Een oude affiche waarop de processie wordt aangekondigd en een bedevaartsvlaggetje.