Uit Velm kregen de vrijwilligers van Animal Rescue Service een telefoontje voor een jonge ree op te halen.

Bij aankomst moesten ze blijkbaar bij de bekende ‘Rundskop’ boerderij zijn! Wandelaars hadden daar het jong beestje binnengebracht en de bewoners namen daarna contact op met ARS. Aangezien we dus geen idee hadden van waar de kleine vriend juist kwam konden ze hem helaas ook niet terugzetten.

Waarom niet? Jonge reekalfjes blijven namelijk doodstil liggen als mensen in de buurt komen. Dat is hun door hun moeder, die altijd dicht in de buurt zal zijn, opgedragen: de geit ‘fiept’ bij onraad en dan weet het jong dat het zich moet drukken.

De meeste reegeiten hebben inmiddels wel hun kalveren geworpen. Bij een eerste worp gaat het meestal om één jong, een volwassen reegeit krijgt doorgaans twee jongen en bij uitzondering drie.

De geiten werpen hun jongen op een rustig plekje in de randen van veld en bos. Ze hebben dan veelal eerst de jonge geit van vorig jaar van zich weggejaagd. De jonge kalfjes blijven de eerste tien dagen in dekking en verplaatsen zich nauwelijks. Ze scheiden dan ook bijna geen geur af, om predatoren niet in verleiding te brengen.

Tien, twaalf keer per dag zoekt de moedergeit ze op om ze te zogen. Dat gaat dag en nacht door. Na tien dagen gaan ze de moeder volgen en blijven de jongen, die in de dekking altijd vlak bij elkaar liggen, iets minder bij elkaar in de buurt.

Boeren, boswachters en andere natuurbeheerders gaan nu de percelen die gemaaid af op zoek naar pasgeboren reekalfjes. Vinden ze die dan hangen ze in de buurt een plastic zak op. Dat maakt een raar geluid en dat vertrouwt de moedergeit niet; die haalt dan ’s nachts de jongen weg. De boer kan dan de volgende dag gaan maaien, zonder bang te zijn dat hij een reekalf in de messen krijgt. Jonge reekalfjes worden nooit opgepakt en weggelegd, want mensenhanden brengen mensenluchtjes over en dan kan het zijn dat de moedergeit haar jongen niet meer accepteert.

Na een week of twee begint een reekalf het eerste vaste voedsel te eten, bij voorkeur jonge braamknoppen of andere zachte delen. De jongen worden tot pakweg oktober, november gezoogd, daarna moeten ze zelfstandig zijn.

Wildbeheerders waarschuwen altijd dat wie een jong reekalf vindt het niet moet aanraken en moet laten liggen. Want hoe in de steek gelaten zo’n jong er ook uitziet: de moedergeit is nooit ver weg. Laat een reekalf altijd liggen, is dan ook het credo.