Het Truiense aardappelbedrijf Landbouwtech activeerde donderdag als eerste in Limburg een industriële megabatterij met een capaciteit van 2 KWh. In samenwerking met netbeheerder Elia zal de batterij stroom afnemen van het net bij een overaanbod, en stroom leveren bij een tekort. Ook de 500 kW-zonnepanelen van de landbouwer leveren stroom aan. De investering maar ook de opbrengst is voor de landbouwer, zodat hij met dit nieuwe verdienmodel niet langer afhankelijk moet blijven van de grillen van de natuur.

Op het bedrijf Landbouwtech aan de Luikersteenweg werd voor een energiecontainer met een megacapaciteit geactiveerd. “Dit is een belangrijke mijlpaal in de energietransitie”, steekt Bob Geerkens van Roofs4Energy van wal. “Met de officiële indienststelling van deze industriële megabatterij van 1MW omvormer vermogen en 2MWh batterij capaciteit mogen we spreken van een doorbraak.” Het landbouwbedrijf installeerde zelf ook zonnepanelen op de loodsen, goed voor 500 kilowatt.

Hoe werkt het nieuwe concept? Geerkens legt uit: “In samenwerking met de hoogspanningsnetbeheerder Elia vangt de batterij de schommelingen op die er soms zijn. Als er teveel stroom op het net is zal de batterij die overschot opvangen en opslaan, en bij te weinig elektriciteit zal de batterij stroom aanleveren. De landbouwer heeft ook zonnepanelen, goed voor 500 kilowatt, op de daken van zijn loodsen liggen. Daarin liggen massa’s aardappelen. Het elektriciteitsverbruik om die goed te bewaren stijgt aanzienlijk vanaf september tot februari, net die maanden dat de zonnepanelen minder stroom geven. En in de zomermaanden heeft het bedrijf al die zonne-energie niet nodig, en zullen de panelen massaal veel kunnen leveren aan de batterij. De batterij is aangesloten op het net via een hoogspanningscabine met een vrij vermogen van 1,2 megawatt.

Verdienmodel

“Dit landbouwbedrijf investeerde in massaal veel zonnepanelen op hun loodsen. De batterij is het ideale buffermechanisme. De landbouwer zal met dit model een mooie opbrengst genereren. Zo hoeft hij niet langer afhankelijk te blijven van de grillen van de natuur”, besluit Geerkens.