In 1230, met het oog op de eeuwige leven, schonk Dirk III van Altena, heer van Kortessem, zijn aandeel in het patronaat of begevingsrecht van de kerken van ‘Cosen en Brusteme’ met aanhorigheden aan de abdij van Averbode. In 1232 gaf en bekrachtigde Arnold IV, graaf van Loon en Chiny, aan dezelfde abdij ook zijn aandeel in het patronaat van Kozen en Brustem.

Waarschijnlijk hadden ze elk de helft. Reeds in 1175 bij de schenking van het vrijheidscharter sprak men van ‘deelgenoten’: ‘mecum cooperantibus, participibus nostris Rogero videlicet de Curtereces et sorore ejus Yda’ “in volledige overeenstemming met onze deelgenoten Roger van Kortessem en zijn zuster Ida). Het begevingsrecht of het patronaat was het recht een pastoor te benoemen. In Kozen (en bij uitbreiding later in Kortenbos) en in Brustem was eigenlijk de abt van Averbode dus de pastoor en dit tot aan het begin van de 19e eeuw. Hij kon echter iemand in zijn plaats aanstellen voor de effectieve zielenzorg.

1-5196244774Pastorie, een teken van “nacht”
De pastoor van Brustem woonde tot 1720 in een soort boerderij waarbij ook een tiendenschuur hoorde, want daar was het de abdijen vaak om te doen: de tienden of de belastingen. De huidige pastorie werd in 1721 gebouwd in opdracht van abt Stefanus Vander Steegen (1698-1725) en het was een imposant gebouw, dat er nu nog steeds bijna onveranderd staat. Het was een klein dorpspaleis en meteen onderstreepte het de macht, het aanzien en het belang van de pastoor. Dat was toen Jean-Baptist Grauwels (1718-1722). De pastorie werd gebouwd op resten van de vroegere pastoorswoning.
In de eerste helft van de 19de eeuw verzaakte de abdij van Averbode aan het herderschap van Brustem (dat van Kortenbos, een rijk Maria-oord, echter niet, daar is nog steeds een Norbertijn pastoor). De imposante Brustemse pastorie is echter niet het enige restant van de Averbodense aanwezigheid.

sint-truiden_brustem-dorp_154_mediumDe Oude Pipel
Als je van de Burchtgracht via het kerkhof naar de Singel wandelt, kom je terecht in de Pipelstraat, “pipel” staat voor vlinder in het lokale dialect. Dat is een oude straat in Brustem die al in 1607 vermeld wordt als dye straete vander kercken naeden piepel gaende en leidde naar de winning “De Oude Pipel”. De naam zou op de aanwezigheid van een pipellindeboom of vlinderboom kunnen wijzen. Die Oude Pipel werd op het einde van vorige eeuw een café De Pipel, later een restaurant De Nieuwe Pipel en nu het restaurant l’ Angelo Rosso die van de Rode Engel in Sint-Truiden naar Brustem verhuisde. Het huis werd in 1645 gebouwd als een verblijf voor de monniken van Averbode, die er waarschijnlijk een bouwerij of paenhyus hielden. Later werd de woning uitgebaat als hoeve, onder andere door burgemeester Bartholomeus Moria (1846-1861). Het zou (voor zover wij konden vinden) het eerste stenen huis van Brustem geweest zijn. Vroeger was het huis wit gekalkt (dan viel het minder op tussen de lemen huizen) met een zwarte plint. Opvallend is de korfboogdeur in een omlijsting van arduin met daarboven een ovaal bovenlicht. Vroeger stond er nog een wagenhuis en een werkplaats uit het begin van de 20ste eeuw tegen de zuidergevel, nu is het een oord van culinaire geneugten. Dat was vroeger anders: in de 18de eeuw werd de hoeve door de Bokkenrijders overvallen, die er ook een brandbrief achterlieten.

knipsel-6716873048545_420426a4ac_bKapel van Sint-Job en Sint-Antonius
Naast de Oude-Nieuwe Pipel en Italiaanse rode engel bouwde men op de hoek van de Pipelstraat een sobere rechthoekige Sint-Jobskapel, soms ook Sint-Antoniuskapel genoemd In de gevel boven de deur is een wapenschild in hardsteen ingemetseld van de familie Moens en de familie Van Dommelen.0 Volgens de tekst op de tweede sluitsteen werd de kapel gebouwd door Andries Moens en zijn vrouw Sophia Van Dommelen in 1689. De tekst luidt “TER EEREN GODTS – DEN H. IOB ENDE DEN H. ANTONIUS. HEBBEN DESK CAPELLE DOEN MAECKEN DEN EERSAEMEN ANDRIES MOENS ENDE SOPHIA VAN DOMELEN SYN HUYSVROUWE VAN SINTTRUIDEN A 1689”.

 

 

96245968    sint-truiden_brustem-dorp_154_medium-1