In de Gildestraat in Sint-Truiden is de verhuis naar de nieuwbouw in de Fabriekstraat in volle gang. Het afscheid gebeurt met gemengde gevoelens bij het personeel, van enthousiasme tot nostalgisch en motioneel afscheid van wat ooit was. Het Technicum, de nijverheidsschool, kent een rijke geschiedenis in een gebouw dat ooit voor de eeuwigheid werd gemaakt. Nu wordt het leeggemaakt en zal het plaats moeten ruimen voor – alweer – appartementsblokken van een bekende bouwfamilie. Truienaar die hoopten op een uitbreiding van het stadspark zijn eraan voor de moeite.

Het Technicum is de verzamelnaam van enkele secundaire scholen in Vlaanderen die voornamelijk technische en beroepsstudierichtingen aanbieden. Zij werden opgericht door de Aalmoezeniers van de Arbeid aan het begin van de 20e eeuw. Rond de eeuwwisseling (1891) verscheen de Encycliek Rerum Novarum als antwoord op de snelle industrialisering en de daarmee gepaard gaande verpaupering van de werkende massa. Deze inspiratiebron en de dringende vraag van de gemeentelijke overheid en van de invloedrijke industriëlen overtuigden de Aalmoezeniers van de Arbeid om in Sint-Truiden hun vijfde technische school op te bouwen. Immers de “verheffing van de arbeider”, zoals men dat toen noemde, was alleen mogelijk via een goede opleiding tot werkman.

In 1912, in nauwelijks vier maanden tijd, werd een voor die tijd imposant gebouw neergezet, haaks tegen het stadspark: een gebouw met 150 meter voorgevel en met drie verdiepingen. In haar eerste fase telde de school ongeveer 90 leerlingen, haast gelijk verdeeld over de afdelingen diamant-,  metaal-, houtbewerking en elektriciteit. De rechtervleugel van het gebouw werd in gebruik genomen als apostolische school (Klein seminarie van de Congregatie van de Aalmoezeniers van de Arbeid). Na de tweede wereldoorlog verdubbelde het aantal leerlingen in amper 10 jaar (1947-1957) van 300 naar ongeveer 600.

Nijverheidsschool

De school trachtte te beantwoorden aan de vraag van de nijverheid. Vandaar ook de naam ‘nijverheidsschool’. De afdeling diamant werd opgeheven, de apostolische school vond elders (Argenteuil) onderdak, maar de vrijgekomen ruimten werden door andere afdelingen en het internaat ingepalmd. Vanaf 1956 startte de A2 met de afdeling elektriciteit; de afdelingen mechanica en elektronica volgden.

De expansie van de schoolbevolking ging door, zeker in de jaren ’60 en ’70, tot ze zich stabiliseerde tussen de 850 en 900 leerlingen. Weliswaar verdween het internaat (90 leerlingen), maar de uitbouw van een beroepsonderwijs op hoger en lager niveau bood veel leerlingen andere, nieuwe kansen. Genoodzaakt door de beperkte ruimte waarover de school beschikte, werd er voortdurend, zeker vanaf 1960, gebouwd, verbouwd en veranderd. De opeenvolgende directies maakten er een erezaak van de infrastructuur te verbeteren, om de kwaliteit van het geboden onderwijs, hoog aangeschreven in de regio, op peil te houden.

Dé grote stap kwam er onlangs met de realisatie van een volledige nieuwbouw in de Fabrieksstraat. De gebouwen van de Gildestraat zullen op termijn plaats moeten ruimen voor appartementsblokken. “De droom van vele Truienaren om er een uitbreiding van het stadsparkje van te maken tot een groot en ruim wandelgebied heeft plaats moeten maken voor het grote geld”, aldus een van de buurtbewoners.

Foto’s © Media Haspengouw