De vijf leerlingen van Hasp-O Zepperen die met hun leerkrachten-begeleiders drie weken op inleefreis doorbrachten in Madagascar zijn thuis. Ze blikken terug op hun ervaringen en doen hun verhaal. Hasp-O Zepperen is verbonden aan de paters Assumptionisten die in Madagascar verschillende scholen beheren. Het team van Zepperen droeg via werkgroepen bij tot een verbetering van de situatie voor de leerlingen die ginder leven.
  • door Rudi De Cock

Pauline (17) herinnert zich nog heel goed de aankomst op het verre Afrikaanse eiland. “De ontvangst door de paters, maar vooral ook door de kinderen uit Ejeda, raakte me diep. We werden toegejuicht door leerlingen, leerkrachten en inwoners. Het hele dorp stond ondersteboven. Mensen dansten, zongen, sprongen, toeters en bellen hoorde je tot mijlen ver. Met een stoet begeleidden ze ons naar de paters. Hier maakten ze een tafel van 5 meter vol met hapjes klaar speciaal voor ons. Ze hebben zelf niet veel, maar wat ze hebben deelden ze met ons. Nog nooit heeft iemand mij zo goed en vrijgevig behandeld. We werden als het ware ontvangen als koningen en koninginnen.”

(lees verder onder de foto’s)

     

Hutjes

Medestudente Lina (17) vertelt over hoe de mensen er leven. “De meesten leven in een klein hutje dat niet stevig is en waarin ze met hun ganse familie samen wonen. In die hutjes moeten de mensen alles doen: slapen, eten, wassen en zich ontspannen. Hier in Ejeda hebben de mensen geen zuiver water: de mensen wassen zich hier in rivieren, ten minste als er water is. En er is een tekort aan zeep.”  De reisgezellen hadden op voorhand drie werkgroepen gemaakt. Eén ervan, gezondheid, leerde de kinderen hoe ze zelf zeep kunnen maken (foto hieronder). Lina legt uit: “Dit proces van zeep maken was heel leerzaam voor de kinderen en ook voor mezelf. Ik zag dat de kinderen en de leerkrachten heel geïnteresseerd waren in dit productieproces. Onze bedoeling is dat zij die productie hier verder zetten zodat iedereen van de school over de nodige zeep kan beschikken. We hopen dat op die manier onze droom kan gerealiseerd worden en dat iedereen in goede hygiënische omstandigheden kan leven.”

(lees verder onder de foto)

Op vlak van gezondheid is er nog veel werk aan de winkel. Zo troffen de reisgenoten een ziekenhuisje aan waar alles vuil, oud en versleten was. En Femke (16) wijst erop dat gezondheidszorg daar absoluut niet evident is. “Samen met de verpleegsters Ann en Carla probeerden we een meisje te helpen dat op de grond in de gang lag en zich niet goed voelde. Toen vertelde haar vriendin ons dat ze een cyste had in haar buik en dat ze moet geopereerd worden in Tuléar, wat 7 uur rijden is van Ejeda. Maar haar mama heeft geen tijd om haar te brengen. Dit vond ik persoonlijk heel heftig en aangrijpend moment omdat ik het meisje zag lijden en dat we er niks aan konden doen. Voor ons is het vanzelfsprekend om naar het dichtst bijzijnde ziekenhuis te gaan of de ambulance te bellen, maar hier is dat niet mogelijk.”

In beeld: de slechte toestand van de ziekenhuizen

Afvalprobleem

Jeffrey (16) merkt op dat de straten in Ejeda vol liggen met afval. Hij zit in de werkgroep Milieu. Jeffrey vertelt hoe ze het hebben aangepakt. “Christiane en ik hebben uitleg gegeven over de gevolgen van afval, en dat recycleren mogelijk is. We hebben met de leerlingen verschillende spellen gespeeld, zoals een ganzenbord met quizvragen over dit onderwerp, een spel waar ze afval moeten kunnen sorteren en een quiz.” Volgens Jeffrey waren de leerlingen zich bewust van het afvalprobleem. “Ze denken eraan om vuilbakken te plaatsen. Dat is al een goed begin. Na onze workshop bleven de leerlingen hangen en wilden nog lessen bijwonen. Ze zijn echt nieuwsgierig naar  het sorteren, de klimaatverandering, de ontbossing… en wat ze eraan kunnen doen. Ik wil dus heel graag terugkomen naar Ejeda, omdat ik hier volop kan genieten van wat ik kan betekenen voor de jongeren hier en hoe dankbaar ze zijn voor de kleinste dingen. Dat gevoel is onbeschrijfelijk”, besluit Jeffrey.

(lees verder onder de foto)

Pomp

Arne (17) eindigt graag met een positieve noot. “Ik vind de dankbaarheid en de positiviteit van de kinderen in Ejeda en Madagaskar onbeschrijflijk. Het gaat er soms zo slecht aan toe dat ze een maaltijd moeten overslaan, maar toch komen ze met een lach door de schoolpoort. Samen met de oudste leerlingen heeft de groep techniek een pomp die al jaren niet meer werkte gerepareerd. De leerlingen waren er trots op dat ze mee geholpen hadden de pomp te maken (foto’s hieronder). Eindelijk stroomt er terug water uit de pomp! Dat gaf mij een voldaan gevoel”, besluit Arne.

Continuïteit gegarandeerd

Vrijdagochtend 4 november zette het team van Hasp-O Zepperen terug voet op Belgische bodem. “We zijn als groep al snel naar elkaar toegegroeid”, weet reisbegeleider Jaak Poncelet. “We staan allemaal met hart en ziel achter eenzelfde project en hebben veel van elkaar geleerd,  ook van de kracht en vindingrijkheid van de mensen hier. Deze reis is voor ons gelukkig een succeservaring dankzij de niet-aflatende steun van de paters en van ons harde en lange werken op voorhand. Het was geen evidentie. Een duurzaam project proberen uit te bouwen in een van de armste en meest vergeten landen van de hele wereld vraagt enorm veel doorzettingsvermogen en goede wil van elk teamlid. We zijn hier zes jaar geleden mee gestart en zijn ondertussen inhoudelijk en praktisch gegroeid. Een team vrijwilligers heeft zich deze keer bij ons aangesloten waardoor we binnen en buiten de school ons project nog sterker konden uitbouwen.”

Het ganse team is terug met een rugzak vol aan verhalen en herinneringen. “Ja, én ook plannen om de continuïteit te garanderen”, vult Jaak aan. “Want in geen geval willen wij het zuiden van Madagascar zien als ‘le cimetière des projets’ zoals één van de Malagassische paters wat cynisch formuleerde tijdens onze laatste avond. We laten hen niet in de steek! Terug in België beginnen we aan de volgende projectfase: we maken ideeën concreet en zetten Madagascar thuis op de kaart met onze persoonlijke en levendige getuigenissen.”

Foto’s © Hasp-O Zepperen