De twee personen die werden gearresteerd nadat er 350 cannabisplanten werden gevonden in hun woning in Jeuk zijn voor de rechter verschenen. Ze probeerden hun aandeel in het handeltje te minimaliseren maar riskeren celstraffen en geldboetes. Het vonnis wordt op 16 augustus geveld.
Naar aanleiding van de vondst van een cannabisplantage in de Albert Moyaertsstraat in Jeuk werden er twee personen aangehouden, een 47-jarige en een 35-jarige man, beiden van Bulgaarse afkomst. Aanvankelijk ontkenden ze allebei hun betrokkenheid bij de plantage maar de feiten worden door het hof als bewezen geacht. Eén van hen is trouwens niet aan zijn proefstuk toe en werd in het verleden al eens veroordeeld voor gelijkaardige feiten. De man hangt nu een gevangenisstraf van drie jaar boven het hoofd, een geldboete van 16.000 euro en de verbeurdverklaring van de in beslag genomen goederen. Voor zijn kompaan werd een celstraf van twee jaar en een geldboete van 8.000 euro gevraagd. De advocaat van de 47-jarige argumenteerde dat zijn cliënt nooit bij de verkoop van drugs betrokken is geweest. De raadsman van de tweede beklaagde hield vol dat de rol van zijn cliënt miniem was. Het vonnis volgt op 16 augustus.