In de Stationsstraat in Alken heeft bakkerij Het Graantje de deuren gesloten. Uitbaatster Bea Willems (61) stond er van in haar jeugdjaren 45 jaar lang met veel plezier achter de toonbank. “Vooral de dagelijkse praatjes met de klanten zal ik missen”, zegt ze.
Wat in 1931 heel klein begon met wafelbakker Lambert Manshoven groeide uit tot een heus familiebedrijf met een echte bakkerswinkel. Bea weet nog wel wat over haar grootvader zaliger: “Als leerjongen ging hij aan de slag in bakkerij Quaedvlieg in de Rue Saint-Léonard in Luik. Maar na een tijdje begon hij als zelfstandig wafelbakker in Kortessem. Tot hij viel voor een meisje uit ‘het Meerdegat’ van Alken, Martha Thijs.” Ze trouwden in 1931 en startten prompt met een bakkerij in Alken, in het pand naast de huidige winkel. “Met paard en kar trokken ze er twee keer per week op uit om de klanten te bedienen in Alken, Sint-Lambrechts-Herk en Stevoort.”
Later kwamen hun drie zonen mee in de zaak. In 1962 werd de winkel losgekoppeld van de bakkerij die brood bakte voor de wijde regio. Dochter Elsa Manshoven, verhuisde met haar man, onderwijzer Louis Willems van op Sint-Joris, en met de driejarige Bea, van Wimmertingen naar Alken. Zij baatten vanaf 1964 volledig zelfstandig de winkel uit. “Ik ben opgegroeid boven de winkel”, vertelt Bea. “Elke dag als ik van school thuis kwam, deed ik niets liever dan mee in de winkel te staan. Als een van de meisjes afwezig was, mocht ik de winkel doen. Toen ik in het vierde middelbaar zat, begon ik als 16-jarige voltijds in de winkel. Ik heb sindsdien niets anders meer gedaan.”
Geur van speculoos
Op haar 23ste nam ze de winkel van haar moeder over. “Mijn man Vincent is voeger van beroep, en heeft dat opgegeven om in 2006 mij bij te staan. Het was immers hard werken, van 5 uur ’s morgens en zonder middagpauze. De opkomst van de belegde broodjes en het breed assortiment broodsoorten deed de winkel floreren. Als je binnenkwam, hing er steevast de geur van speculoos door Vincent gebakken, volgens eigen recept. We hadden ook een toog met kazen en charcuterie. Klanten bestelden hier hun belegde broodjes op maat. ‘Kan er nog een stukje Brie bij? Geen probleem!’” Opvallend is ook de kleurrijke stoel die al die tijd in de winkel stond. “Ooit gekregen van de mutualiteit, en we hebben die laten beschilderen. Wie even wilde gaan zitten kon dat doen. Daar hebben honderden mensen op gezeten.”
Jack Russells
Bea heeft 45 jaar in de winkel gestaan die op zijn beurt 60 jaar heeft bestaan. Het doek is gevallen. “Massa’s klanten hebben met veel respect afscheid van mij genomen. Kaartjes, bloemen, en ja, er is geweend. De vriendschap hier in onze buurtwinkel was uniek. De vele praatjes, die soms wat uitliepen, schonken me veel voldoening. Maar nu is het tijd voor iets anders. Het pensioen lonkt en dan ga ik me helemaal concentreren op mijn Jack Russells. Ik doe mee aan shows en in maart kan ik eindelijk na al die jaren naar de Crufts, de wereldtentoonstelling van honden in Londen. Honden en dieren, ze zijn mijn leven.”