Al sinds het begin van het Coronavirus werd de horeca als grote “schuldige” met de vinger gewezen voor de verspreiding van het Covid-19 virus. Het gevolg kennen we allemaal, tot een tweede keer toe is het tot op vandaag niet meer mogelijk om gezellig een pintje te gaan drinken, een snelle lunch of een heerlijke maaltijd te nuttigen ter plaatse. We twijfelen er niet aan dat de overheid hiervoor zijn reden heeft om zo het virus maximaal tegen te houden. 

Indien je een zaak verplicht sluit is het ons inziens ook echter de taak van de overheid om ervoor te zorgen dat deze bedrijven deze crisis overleven. Want dit gaat veel verder dan een bedrijf, talloze families en gezinnen leven van deze bedrijven achter de vele café’s, resto’s en brasserieën. 

De eerste en de tweede sluiting werden maximaal ondersteund door de overheid, door te werken met een overbruggingsrecht. Dit was een som die de bedrijven kregen om hun vaste kosten zoals huur, leningen,… te financieren. Voor de meesten uiteraard verre van voldoende. Daarom zijn vele zaakvoerders de ondernemer in zichzelf gaan zoeken en begonnen met heuse take-away, levering aan huis,.. Zo was en is het de sluiting voor vele zelfstandigen toch nog dragelijk. 

Nu, uit publicaties uit het Belgisch Staatsblad (ja, dat boek wat niemand leest) blijkt dat de spelregels in 2021 overduidelijk gaan veranderen:

  1. In eerste instantie hebben de bedrijven die een verplichte sluiting werden opgelegd (bv. horeca) geen recht meer op het overbruggingsrecht indien zij nog take-away activiteiten uitvoeren. Tenzij zij bij de uitoefening van deze activiteiten nog steeds een serieus omzetverlies hebben.
  2. Het omzetverlies dient minimaal 40% te zijn van de maand voordien van vorig jaar. Dus bijvoorbeeld, wil je weten of je in februari 2021 recht hebt op steun? Dan dient er gekeken te worden naar januari 2020 als referentiemaand.

Bron: Liantis

Op het eerste zicht lijken deze steunmaatregelen nog door de beugel te kunnen, maar wanneer je weet dat vele zaken al op hun tandvlees zitten, extra kosten gedaan hebben om hun take-away op te starten. Maar vooral: de marge op take-away is veel kleiner, dus puur kijken naar de omzet is een verkeerde insteek.

Voor vele horecazaken gaat de balans immers duidelijk zijn: stoppen met Take-Away om zodoende de premie vanwege het omzetverlies niet kwijt te raken.

Hopelijk kan Horeca Vlaanderen alsnog een sterkere deal doorduwen met de overheid. Fingers crossed, en kunnen we met z’n allen nog van afhaal blijven genieten.