Het meeste hiervan koesteren we allemaal, maar in praktijk komen we steeds terecht bij de laatste drie: boom, bal en man. Want onder de boom is er geen bal meer te vinden van de stal omdat de man er alle plaats heeft ingenomen om nog maar eens cadeautjes te droppen. En dan loopt het mis met … de echte Kerstmis en is er geen plaats voor de stal .
Voor de echte onwetenden, Kerstmis is het feest van de geboorte van Jezus Christus, in Bethlehem in een stal gebaseerd op Lukas 2:7, en daarna in de voederbak, de kribbe, neergelegd. Wie vinden we nog in die stal? Pa en ma, Jozef en Maria, een os en een ezel maar die staan wel niet in de bijbel, herders met wat schapen (Lucas 2:13) en drie wijzen uit het oosten Mattheus 3:11). In Catalonië staat er ook nog een ‘kakker’ bij, een caganer, meestal met een bekende kop. De caganer symboliseert geluk en vreugde, en er wordt gezegd dat het ongeluk brengt als je geen caganer in je kerststal hebt. Deze traditie komt uit een legende van het platteland waar men geloofde dat als een boer geen caganer in zijn kerststal legde, hij een zeer slecht jaar zou hebben bij het verzamelen van de oogst.
De kerststal
De “uitvinding” van de kerststal wordt aan Franciscus van Assisi toegeschreven die in 1223 in Greccio een levende kerststal liet maken, en stal om precies de armoede van de H. Familie te benadrukken. Het zou best kunnen dat Jezus niet in een stal geboren is, maar in een grot, de geboortegrot die nog steeds in Bethlehem staat. In de bijbel spreekt met ook niet van de Drie Koningen, maar van de Wijzen uit het oosten. Dat men er drie van gemaakt heeft zal te maken hebben met de geschenken: goud, wierook en mirre. Dat Kerstmis op 25 december valt heeft te maken met het heidense Romeinse feest van de winterzonnewende, de dies natalis solis invicti, de geboortedag van de onoverwinnelijke zon, de zonnegod Mithras, die wel degelijk in een stal geboren werd en waarbij drie koningen aanwezig waren. Of hoe heidense ideeën gebruikt werden om de mensen christelijk te maken. Het stalletje van Franciscus ging Europa rond en de volksfantasie deed de rest tot “Het hageld’ en ’t sneeuwde, en ’t miek er zoo koud, de rijm lag op de daken, sint Joseph tegen Maria sprak: Maria, wat zullen wij maken?” In een land waar het ’s winters lekker warm hoort te zijn. Terwijl heel Europa al eeuwen een kerststal bouwt, verschijnt de eerste kerststal pas in 1982 op het Sint-Pietersplein in Rome, op vraag van paus Johannes-Paulus II.
De kerstboom
De kerstboom komt dan weer uit Duitsland, vermoedelijk ontstaan uit Germaanse tradities om de huizen te versieren met groene takken en bomen als symbool van de vruchtbaarheid. En welke boom blijft het hele jaar groet? Een den. Een groene boom kondigde ook de nieuwe lente aan en daarom zetten de Germanen in het midden van het dorp een groene boom neer, versierd met appeltjes, sterren en maantjes. Vanuit Duitsland werd het gebruik over Europa verspreid, weliswaar tegen de zin van de katholieke kerk, heidense gebruiken, niet-christelijk van inspiratie, je weet wel: vandaar de eerste kerststal en -boom pas in 1982 in Vaticaanstad mochten verschijnen.
De kerstbal
De eerste versieringen van de kerstboom waren appelen, papieren slingers, bloemen en figuurtjes. In 1831 werd in de Vogezen de eerste bal geblazen door Linder die een soort van holle knikker maakte. Die ballen waren meer dan decoratie. Sommige historici zien er ook de oude heksenballen in die in bomen werden gehangen om kwade geesten af te weren, onder andere ook heksen.
De kerstman
Deze gebaarde noorderling komt uit de USA waar hij als Santaclaus door het leven gaat (lijkt dat niet verdomd veel op Sint-Niklaas?). Het heeft meer dan 100 jaar geduurd voor hij Europa ook kon veroveren. De figuur van de Kerstman maakt in België pas sinds relatief korte tijd deel uit van de kersttradities, maar hij heeft inmiddels ook hier een prominente plaats verworven op kerstkaarten, in etalages, in kerstmuziek en elders. Hij heeft dezelfde modus operandi als de Sint: hij komt over de daken, maakt gebruik van de schoorsteen en rijdt met zijn slee en rendieren door de lucht.
In Groot-Brittannië heet de Kerstman ook wel Father Christmas, in Frankrijk Père Noël en in Spanje Papá Noel. Hij woont in het hoge noorden. De Kerstman uit de Amerikaanse folklore heeft elfen in dienst, die voor hem werken op de Noordpool. De elfen maken en verpakken het speelgoed dat naar de kinderen gaat. Jarenlang werd hij ook hier door de kerk verketterd maar ook hier moest het geloof wijken voor de commercie en werd een tweede Sinterklaas geboren en waren zowel noord als zuid content. Samengevat kunnen we het zo zeggen: de kerk heeft Kerstmis gerecupereerd van het heidendom en er een gigantisch succes van gemaakt. Daarom moeten ze nu ook weer niet treuren voor de teloorgang en commercialisatie van de winterzonnewende. Als het maar zo duur niet was!