Wie komt er nooit in Nieuwenhoven? Voor een wandeling, de speeltuin, lekker eten, te joggen, te genieten van de natuur, te vertoeven in en rond het kasteel? Ook dit stukje Sint-Truiden is een erfenis van de abdij van Trudo oftewel het tweede speelhof van de abt. En er komt nog een derde!

In 976 schonk Bertha van Valenciennes, de vrouw van Boudewijn van Vlaanderen, een domein in het vroegere Brudelholtwoud aan de abdij van Sint-Truiden. De monniken van de abdij bouwden er een hoeve en begonnen met ontginning van het woud en de aanleg van visvijvers in de vallei van de Kelsbeek.

Het wapenschild van abt Hubertus van Suetendael (1638-1663)

Nieuwe Hove: 1305
In het begin van de 14de eeuw werd de hoeve tot ‘speelhof van de abt’ omgebouwd en kreeg de naam Nieuwe Hove, een naam die voor het eerst verschijnt in een akte uit 1305. Volgens die akte moesten de plunderaars van Nieuwenhoven gevonnist worden. Ze hadden het hof waarin de abt van Sint-Trudo zijn toevlucht had gezocht grondig geplunderd en werden bestraft. Toen was Nieuwenhoven dus al een uitwijkplaats voor abten. In 1340 werd het gebouw grondig gerestaureerd en versterkt. Om de rijkdom van de abdij even te situeren: in de 17de eeuw bezat de abdij in Nieuwenhoven 430 hectare grond waarvan 259 hectare bos. Daar verbleven de abten vooral in de zomer, maar in die 17de eeuw maakten ze er hun vaste verblijfplaats van

 

Residentie van abt wordt kasteel
In 1795 werd het kasteel als kerkelijk goed aangeslagen en verkocht aan een ex-kloosterlinge Anne Barbe Hella, die het verkocht aan de familie Niesse-Mansion in 1804. Generaal Etienne Jacques Travers (1765-1827), schoonzoon van deze familie erfde het in 1811. Die man was generaal in dienst van het Franse koninkrijk, de Franse republiek, het Koninkrijk Holland, het eerste Keizerrijk van Napoleon en het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Hij vocht ook in Waterloo en was ‘baron’ maar op de eerste plaats beroepsmilitair. Zijn dochter Laure Travers huwde met de Engelse baron Charles Whettnall, volgend bronnen een natuurlijk kind van Leopold I uit zijn Engelse tijd. Er is dus niks nieuws onder de zon. Die verbouwde het kasteel in Engelse neotudorstijl. Hij liet ook een brug aanleggen over de zogenaamde kasteelvijvers. Brug en kasteel werden versierd met beelden van beroemde figuren uit de Engelse, Belgische en Franse geschiedenis. Die beelden verhuisden na de brand van 1932 naar de hallen van het stadhuis van Sint-Truiden en staan nu te pronken in het kasteel van Ordingen. Die Engelse stijl vinden we ook terug in de boswachterswoning (nu bezoekerscentrum) en de herberg Moeder Lambik. Het kasteeldomein stond rond 1870 bekend als één van de grootste van het land.

De brand van 1932
In 1873 kwam het goed in handen van de adellijke familie de Moffarts. Zestig jaar later woedde er een zware brand in het kasteel: het gebouw met de talrijke torentjes werd grotendeels vernield. In de krant van toen lezen we: “De brand moet ontstaan zijn in één der schouwen, zich bevindend in een toren van het kasteel, een gemakkelijke prooi vindend in de houten dakbetimmering … De brandweeren van Sint-Truiden en Hasselt snelden ter plaatse van de ramp maar konden niet beletten dat het prachtige kasteel totaal uitbrandde … De schade loopt in de miljoenen en zij is, naar het schijnt, slechts voor een geringe waarde door een verzekering gedekt. Vele nieuwschierigen spoeden zich naar de rampplaats”.

De provincie koopt een deel
In het begin van de jaren ’70 dreigde het bos verkaveld te worden, en toen heeft de provincie Limburg het gekocht om het op een verantwoorde wijze te beheren en ten dienste te stellen van recreatie. Het hele domein had toen een grootte van 190 hectare: de provincie kocht er 161 ha van, de resterende 30 hectare met het kasteel, de boerderij, een schuur, een koetshuis en een park met vijvers, interesseerde de provincie niet.

Barones Bénédicte de Moffarts was leerkracht Frans woont nu in Zepperen. Zij en haar broers en zussen verkochten het kasteel.

De familie de Moffarts verkoopt: 2007
Eerst probeerde de familie de Moffarts het kasteel zelf nog te onderhouden. Maar de acht kinderen waren, na het overlijden van hun ouders, niet langer bereid de hoge onderhouds- en restauratiekosten te betalen. Ze woonden ook allemaal reeds elders en waren daar beroepsmatig actief.  Het was echter met veel tegenzin dat ze het goed in 2007 verkochten aan Jeanne Hoogenboom, in een vorig leven fruitteler, cafébazin en emotioneel lichaamstherapeute. In De Standaard van 11 januari 2010 zegde ze: “Hier kan ik al mijn vorige beroepen samen uitoefenen. Eigenlijk doen wij niks anders dan de Benedictijnen hier eeuwenlang deden: zorg dragen voor het leven, de aarde en elkaar.”

Het kasteel van Nieuwenhoven en de historische hoeve worden nu cursussen gegeven over bewustzijn en duurzaam leven. Ondertussen werden de oude gebouwen verbouwd tot een ecologisch samenwoningsproject, een hotel, een restaurant/bistro, een duidelijke meerwaarde voor het provinciaal domein en vooral een zeer degelijke herbestemming voor gebouwen die anders het lot van het kasteel van Heers zouden moeten ondergaan.