Vanaf maandag 4 mei is fase 1 van kracht. Een hele uitdaging voor de vervoersmaatschappijen.

 De eerste fase van het afbouwplan van de coronamaatregelen is vanaf maandag in voege. Iedereen vanaf 12 jaar is dan verplicht om de mond en de neus te bedekken met een masker of elk ander alternatief in stof, vanaf het betreden van het station, op het perron of een halte, in de bus, de trein of elk ander vervoersmiddel dat door een openbare overheid wordt georganiseerd. Het personeel die rechtstreeks in contact staan met de reizigers, zoals treinbegeleiders, of chauffeurs van de lijn zullen eveneens beschermingsmiddelen moeten dragen.

In de buurt van de stations zullen ofwel in de winkels of automaten mondmaskers en gel ter beschikking gesteld worden.

Vanwege de herstart van vele bedrijven op 4 mei voorzien de NMBS en DE LIJN een uitgebreid aanbod.  Het grote probleem moet echter nog komen. Indien er meer mensen gaan werken, komen de treinen voller te zitten. Er is de veiligheid door de mond en de neus bescherming  maar hoe gaat de NMBS of De Lijn om met ‘social distancing’?

  • Zal er plaats genoeg zijn in een trein om een afstand van 1,5 m te garanderen?
  • Worden er etiketten op de zetels geplakt waar de reizigers al dan niet mogen gaan zitten?
  • Mogen familie of vrienden samenzitten?
  • Worden de zetels ontsmet wanneer iemand weggaat?
  • Worden er deurtjes of afschermingen geplaatst?
  • Is het voldoende om de handen met gel in te smeren en mondmaskers te dragen?
  • Worden mensen getest op ziek zijn om verspreiding te vermijden?
  • Wat gebeurt er met een volle trein of bus?
  • Worden er extra treinen of bussen ingezet?

Als organisator van openbaar vervoer moeten de reizigers op een veilige manier vervoerd worden. Als maatschappelijke dienstverlener moeten ze waken over de volksgezondheid en voorkomen dat haar voertuigen een broeihaard van corona worden. Het is een grote uitdaging en verantwoordelijkheid voor iedereen.