Er zijn nog maar weinig kastelen bewoond door adellijke lieden in Sint-Truiden, maar het kasteel van de Pitteurs in Brustem herbergt nog een echte barones. 

Hoe klein Brustem ook was, het was vanaf de 14de eeuw een “tweeheerlijkheid”, twee heren zwaaiden de plak over het dorp. In 1336 werd de heerlijkheid Brustem gesplitst. De helft van het stadje, met de burcht, nu de burchtruïne, kwam in bezit van de Graaf van Gullik (Jüllich), en de andere helft bleef Loons en bijgevolg schatplichtig aan de prinsbisschop van Luik. In dat deel stond het kasteel van de vertegenwoordigers van de Luikse prinsbisschop

De verdwenen winning van het ook al verdwenen waterkasteel, een aquarel uit de vorige eeuw.

De Ferrariskaart, met onderaan de losse gebouwen van de verdwenen waterburcht

Het Luikse deel
Het oude waterkasteel was de zetel van het Luikse deel van de tweeheerlijkheid en vrijheid Brustem. De site van dit domein bleef behouden ten noorden van het huidige gebouw. Het oude kasteel wordt in de Atlas van de goederen van Averbode, de abdij die de pastoors van Brustem benoemde, voorgesteld als een gesloten complex met binnenplaats en drie torens met neerhof.   

Het domein ligt ten zuiden van het dorp, in de vallei van de Melsterbeek, op de loop van de Hoogbeek, in een bronnenrijk gebied en op slecht gedraineerde gronden. Het is gesitueerd ten noorden van de Luikersteenweg, in de nabijheid van de Romeinse baan naar Tongeren. Het bezat de neerhof- en opperhofstructuur, eigen aan feodale burchten. Het oude kasteel was meermaals het onderwerp van inspectieverslagen. In 1682 en 1683 bleken kasteel en neerhof al in slechte staat te verkeren en waren de grachten dichtgeslibd. Dat beterde niet na de passage van de Hollandse en Franse troepen tijdens de negenjarige oorlog (1688-1697), zoals de opeenvolgende verslagen van 1706, 1721, 1733, 1740 en 1749 aantoonden. In deze beschrijvingen blijft men niettemin het kasteel uit het kaartboek herkennen.  

In 1778 na de verkoop aan Guillaume de Stappers en zijn echtgenote Catharina Gerardina Vanderstraeten gebeurde een laatste visitatie en bleken de zeer vervallen gebouwen van een gesloten complex met inrijpoort en hoektorens, door sloping en instorting – er is ondermeer sprake van de plek waar het kasteel en waar de inkompoort stond – geëvolueerd naar een opstelling in los verband. Ferraris (1771-1775) registreerde deze situatie, maar is hier voor het overige niet nauwkeurig. Met andere woorden, van de oude waterburcht bleef er bijna niets meer over 

Het eclectisch kasteel van de Pitteurs, met park en moestuin
In 1879-1884 werd ten zuidwesten van de oude site, het verdwenen waterkasteel, een nieuw kasteel gebouwd in opdracht van Théodore Ernest de Pitteurs-Hiegaerts (1835-1903). De familie de Pitteurs-Hiegaerts was trouwens ook prominent aanwezig in Zepperen en Ordingen. Het is een eclectisch gebouw met neorenaissance inslag. Het telt twee bouwlagen op een half verzonken kelderverdieping, onder een hoog schilddak, met twee uitspringende torens, een ingangspui in de oostgevel en een terras in de westgevel. Het monogram HP is vervlochten in de lage smeedijzeren balustrade van het ingangsperron en men leest het ook samen met het uitgesneden jaartal 1882 in de luifel boven de deur in de noordelijke gevel van de losstaande dienstgebouwen. Het ontwerp dateerde van 1879 en was, zoals voor het kasteel van Ordingen, van de Antwerpse ‘kastelen-architect’ Josse Schadde.
Het is ook de enige plek in Sint-Truiden waar de stam de Pitteurs-Hiegaerts nog woont in Sint-Truiden.
Het kasteel werd in 1938 door brand getroffen, voornamelijk in de noordwestelijke hoek, waar men ook vandaag nog, door het andersoortig baksteenmetselwerk en de platte daken van de wederopbouw, de schade kan traceren.
De toegang naar het kasteel gebeurt vandaag in een bocht van de Brustemdorpstraat, via een recente gebogen oprit die een eerste meer zuidelijk gelegen toegang uit de bouwperiode van het kasteel vervangt. 

De Duitsers
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het kasteel ook bewoond door de hogere Duitse officieren van het vliegveld. Achter het kasteel was er ook een kerkhof.
 De gedenksteen van het vroegere Duitse kerkhof staat in de voormalige tuin van het kasteel de Pitteurs Hiegaerts te Brustem op het Hemelrijk. Je kan slechts een deel van een zin lezen: “FUR DEN WILLEN GIBT ES KEINEN…en dan ontbreekt er een woord, meer dan waarschijnlijk TOT. Hier werden de Duitse officieren begraven die in Brustem vielen tijdens de Tweede Wereldoorlog.  De steen is echter door wildgroei moeilijk te vinden en bovendien niet toegankelijk, net als het kasteel trouwens om begrijpbare privacy redenen.